>> HOMEpage

Miscellanea Erasmiana

M.H.H. Engels, september 2011

"Ik geloof eerder het goede dan het slechte als ik over iemand hoor spreken."

Op 11 augustus 1519 schreef Erasmus uit Antwerpen een lange brief aan Jacob van Hoogstraten; nr. 1006. Deze was prior van de dominicanen te Keulen en inquisiteur voor de aartsbisschop. Hij was gepromoveerd te Leuven en voorheen prior te Antwerpen geweest. Erasmus kende hem, zij het niet erg goed; hij had veel over hem gehoord, zowel gunstige als ongunstige uitspraken. Hij betreurde Hoogstratens aanvallen op Reuchlin. Hoogstraten had Erasmus willen vervolgen vanwege diens vertaling van het Nieuwe Testament, maar hem pas in zijn 'Destructio cabalae' daadwerkelijk aangevallen. Een antwoord op deze brief is niet bekend.
Mihi sane semper hic mos fuit, ut in meliorem partem credulitate vergere mallem quam in deteriorem: ac tum quidem non potui refellere omnia, lenii tamen pro viribus sermonum atrocitatem. - Opus epistolarum Desiderii Erasmi ed. P.S. Allen, IV, 44.
J'ai toujours eu l'habitude de croire plus volontiers le bien que le mal: en vérité, je n'ai pu alors tout réfuter, cependant, j'ai atténué, dans la mesure de mes forces, la violence des discours. - La correspondance d'Érasme [vert.] A. Gerlo, IV, 51.
My habit has always been, when I have to take something on trust, to lean for preference towards the better side rather than the worse; and at that time, as I could not refute all this, I did what I could none the less to moderate the violence of what was being said. - The correspondence of Erasmus, VII [Brieven uit de jaren 1519-1520 vert. door R.A.B. Mynors], 46.
Ik heb van oudsher de gewoonte in dergelijke gevallen liever geloof te schenken aan de goede dan aan de slechte kant van het verhaal en hoewel ik destijds niet alle aantijgingen kon weerleggen, deed ik toch mijn best de felheid van de gebruikte bewoordingen af te zwakken. - De correspondentie van Erasmus, VII [vert. I. Bejczy], 59.
Voorwaar ik ben uit gewoonte altijd meer geneigd geweest het goede dan het slechte te geloven van uitspraken over personen en als ik het laatste, het negatieve, niet allemaal kon weerleggen, heb ik naar vermogen de scherpte van de woorden verzacht.

Aantekenboekjes van Erasmus

Wat Holbeins portretten van Erasmus met de kostbare ringen en de met bont gezoomde kleren slechts kunnen aanduiden, openbaren de brieven van Nederlands beroemdste geleerde, namelijk dat deze vermeende in folianten verdiepte asceet een uitgeproken liefhebber was van behaaglijk en stijlvol wonen en uitgezochte kleding, dat hij prijs stelde op nette eet- en drinkgewoonten en zelfs van sieraden hield. Ook zijn "geestelijk gastmaal" en vooral zijn geschrift "Over het aanleren van goede omgangsvormen bij kinderen" verbergen zulke voorkeuren geenszins.
• Erasmus stond bij wijze van spreken aan het hoofd van een grote huishouding, met talrijke 'famuli', die als zijn wetenschappelijke medewerkers en secretarissen tegelijkertijd de hoge school van de wetenschap, van handschriftbewerking en editietechniek beoefenden. Hij gebruikte hun inzet grondig, liet hen echter aan alles deelhebben en was niet spaarzaam met erkenning. Overigens was het tijdelijke meewerken in het huis van Erasmus in Bazel bij Froben bijna zo goed als een universiteitsdiploma. De 'amanuenses' [letterlijk: handlangers] waren tevens deelgenoten van alle zaken van Erasmus. Erasmus' huis was een soort geleerdenschool, een seminarium, of nog liever een werkteam met een sterk pedagogisch accent. Temidden van een goed georganiseerd werkapparaat met een liefdevol opgebouwde en gekoesterde bibliotheek, in smaakvol gemeubileerde kamers was Erasmus eerder een levenskunstenaar en helemaal geen geleerde zonderling.
Een van Erasmus' 'famuli' was Thomas Lupset (1498-1530), die Erasmus ontmoette te Cambridge. Hij was een beschermeling van John Colet, aan wie Erasmus in 1513 schreef dat Lupset hem dagelijks hielp bij de tekst voor zijn uitgaven van het Nieuwe Testament en de brieven van Hieronymus. In 1517 noemde Lupset Erasmus zijn leraar aan wie hij veel te danken had. Bij de dood van Colet vertelde Erasmus aan Lupset dat hij Colet moest navolgen in geleerdheid en vroomheid. In zijn testament liet Colet aan Lupset na "all suche bookes prynted as may be most necessary for his lernyng". In juni 1516 gaf Lupset notitieboeken van Erasmus terug die hij bewaard had, waarbij hij toegaf ze te hebben onthouden aan de vertrouwde secretaris en bode Pieter Meghen, omdat hij gedacht had dat het veiliger was ze te bewaren totdat Erasmus zelf teruggekeerd was naar Engeland. In december schreef Thomas More dat Lupset "some notebooks of yours" had teruggegeven; op 1 maart 1517 vroeg Erasmus aan More die notitieboekjes door te sturen.

Lit.
Erasmus von Rotterdam, mit Selbstzeugnissen und Bilddokumenten dargestelt von Anton J. Gail. Reinbek 1974, 125-126.
Franz Bierlaire, La familia d'Erasme, Paris 1968.
Contemporaries of Erasmus, lemma: Thomas Lupset.

Het graf van Erasmus

In 1974 is het echte graf van Erasmus ontdekt: het lag naast het vermeende graf (1928). Bij het lijk lag een exemplaar van de medaille die Quinten Matsijs gemaakt had. Van de schedel resteert bijna niets als gevolg van instorting van het deksel van de kist. Wel is wat haar bewaard gebleven. Of men daarop DNA-onderzoek heeft gepleegd, is mij niet bekend.
De eenvoudige grafsteen die de eerste twee jaar het graf kenmerkte is er nog. Het fraaie gedenkteken is in 1853 verplaatst; het graf en het vermeende graf in 1974 samengevoegd aan de voet van die gedenksteen. Johann Jakob Neustück reconstrueerde in 1865 de toestand van vóór 1855.
De reconstructie van het hoofd naar de schedel in het vermeende graf vertoont gelijkenis met drukker Johann Froben; die is echter begraven bij de St. Petruskerk.

Lit.: Erasmus von Rotterdam. Vorkämpfer fü Frieden und Toleranz. Ausstellung zum 450. Todestag des Erasmus von Rotterdam veranstaltet vom Historischen Museum Basel. Basel 1986. In het bijzonder: Beat R. Jenny, Erasmus' Rückkehr nach Basel, Lebensende, Grab und Testament (63-65) en Bruno Kaufmann, Das Grab des Erasmus im Basler Münster (66-67).










Aanvulling januari 2016

John Farrington 1710 in Leeuwarden

Lewarden or Leovardie is the chiefe City of this Province & the Residence of the Prince of Frizeland. It's a large & handsome City & a place where a Man might live very agreeably with good Company. Here while our Dinner or Supper was prepareing we hired a Guyde to take a View of the Rarities of this place.
Among the Principall Buildings we must reckon the Palace of the Prince, the Churches of the Calvinists, the Parliament House, the Spinhouse &c.
The Pallace / Picture of King Charles I. / Picture of Erasmus.
The Pallace is an Old Building & but indifferent only there is one part of it that was new built this year, that is pretty good, after the English manner which I perceive is the Moddell they all follow in this Country for their new Buildings. Over against the Pallace is a very good house, where the Princes Guards lodge. We were showed the Pallace by one they call the ..... who spoke English very well and was mighty civill to us.
In the first Room, which was the Antichamber to the Princesses Apartment was the Picture of King Charles the first, but drawne alamode de Frize with such large Trowzers you would scarce have known him. The Princess was in her Apartment so we could not see it. When we had gone up Stairs which are yet unfinished & the Paintings not hung up, they brought us into a Room on the Left, an Antichamber of the Prince's where was the Throne that King William sat on at Kensington. In the Prince's Chamber, where he lay when unmarried, were a great number of fine Peices of small Paintings. Among the Rest a Head of Erasmus, & a great number of very good Peices in Water Colours as the Head of King Charles the 2d, King William, the Prince's of Orange, &c.
The Guard Chamber which opened into the Room of State, was adorned with the Pictures of Officers who had been famous in Warr.
Of Cain & Abell
In the State Room there was a Throne on the Right & at the upper end an Admirable Picture of Cain slaying Abell. The Furniture of the next Room was of solid Silver, & in the Middle hung a Silver Crown that served instead of a branch for Lights. So also was the Bed Chamber furnished with Silver Stands, Tables Sconces, Sckreens & a large Square Pot of Silver for Orange Trees.
Amber Table
In the Cabinet in the Chamber was an Amber Table, very large which is said to have cost 30.000 Rix Dollars. And there are also in the same Abundance of Curious Paintings.
Picture of the Prince of Frizelands Grandfather / Strange Accident.
In the great Hall below Stairs, is the Picture of the Prince's Grandfather, Father & Family in one large Peice. The Grandfather unfortunately occasioned his own Death. He had endeavoured to fire his Pistoll & it would not go off but blowing into it to see what was the occasion of it or whether it was charged or no, it went of, shot him through the Neck whereof he dyed. He lyes buryed in the Great Church. There are also 2 very good Peices of the Prince's Father & Mother, of King William in his Parliament Robes the present Prince & Princess, who is a very fine Woman. At the Upper end of the Hall are the Pictures of the Ancestors of that Prince who were Stadtholders of Frizeland, above 100. years agoe. There were 2 very good Marble Tables, one of black Marble inlaid with White, the other of a very fine Brown with severall curious Veins in it.
The Prince was not returned from his Command in the Army, so I am not able to give you any Account of the Splendour of that Court or the Figure it makes in the World.

Bron: It Beaken, jrg. 52 (1990) Nr. 4 blz. 206-207.
Volgens "Inventarissen van de inboedels in de verblijven van de Oranjes en daarmee gelijk te stellen stukken 1567-1795", derde deel, 's-Gravenhage 1976, blz. 28 zijn onder de schilderijen van het stadhouderlijk Hof in Den Haag 1763/1764 "van Leeuwarden gekoomen, den 2 Juny 1764, In het kabinet, 6. Het portrait van Erasmus in olijverf, door of in de manier van H. Holbeen [en] 7. Een dito door een ander". Deze vermoedelijk zeventiende-eeuwse werken zijn niet in de databases van het RKD te traceren. In de UB Leiden bevindt zich uit die tijd een olieverfportret van Erasmus naar Holbein en in het Historisch museum te Deventer een naar Dürer. Op beide is Erasmus zittend ten halve lijve afgebeeld. Farrington heeft het over "a head of Erasmus".

Aanvulling maart 2016

Uithangteken boekdrukker Wyger Wygers, Leeuwarden, op de Kelders

Begin 2016 kwam aan het licht dat een particulier te Leeuwarden in het bezit is van een koperen uithangbord (45x55 cm) dat aan beide zijden een afbeelding toont van het Erasmus-standbeeld te Rotterdam toen het beeld daar nog binnen een hek aan het havenhoofd stond.



Onderaan in moderne Romeinse letter: De Rotterdamsche Erasmus; links ontwaart men een rij huizengevels


Onderaan cursief: De Rotterdamsche Erasmus


Erasmus 1690, De Vou

Erasmus 1740, van der Aa / Stopendaal

afbeelding uithangteken drukker Wyger Wygers op het titelblad van een van zijn uitgaven

Zie ook Erasmus en Leeuwarden

>> begin